Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De HEERE heeft [32]Zijn heiligen arm [33]ontbloot voor de ogen aller heidenen; en [34]al de einden der aarde zullen zien [35]het heil onzes Gods. 32. Hebreeuws, den arm zijner heiligheid; dat is, zijn goddelijke almachtigheid, die Hij in het verlossen van zijn volk bewezen heeft; vergelijk hiermede Luk.1:51. 33. Dat is, uitgestrekt om de Babyloniers te slaan en zijn volk uit hunne hand te verlossen, en de Christelijke kerk van haar geestelijke vijanden. 34. Dat is, al de mensen, wonende aan de uiterste einden der wereld. Dit is geschied toen Christus zijne apostelen heeft uitgezonden om het Evangelie te gaan prediken in de ganse wereld; Matth.28:. 35. Dat is, het heil, hetwelk onze God ons doen en bewijzen zal.